Zinsontleding
Vragen:
1. Persoonsvorm: De blauwe hoed vliegt door de donkere lucht.antwoord (optioneel): vliegt
2. Onderwerp: De blauwe hoed vliegt door de donkere lucht.
antwoord (optioneel): De blauwe hoed;de blauwe hoed
3. Lijdend voorwerp: De blauwe hoed vliegt door de donkere lucht.
antwoord (optioneel): De blauwe hoed;niks
4. Bepaling: De blauwe hoed vliegt door de donkere lucht.
antwoord (optioneel): door de donker lucht;door de donkere lucht;door de donkere lucht.
5. Persoonsvorm: Het meisje eet op haar verjaardag een enorm stuk taart op.
antwoord (optioneel): eet op
6. Gezegde: Het meisje eet op haar verjaardag een enorm stuk taart op.
antwoord (optioneel): eet op
7. Onderwerp: Het meisje eet op haar verjaardag een enorm stuk taart op.
antwoord (optioneel): het meisje
8. Lijdend voorwerp: Het meisje eet op haar verjaardag een enorm stuk taart op.
antwoord (optioneel): het meisje;Het meisje;een enorm stuk taart;een eenorm stuk taart;een enorm stuk taart.;een enorm stuk taard
9. Bepaling: Het meisje eet op haar verjaardag een enorm stuk taart op.
antwoord (optioneel): op haar verjaardag;op haar verjaardig;op haar verjaadag;op haar verjaardag
10.
antwoord (optioneel): plaats;tijd
