Zinsdelen (herhaling TA 7 thema 4)

---

---

Vragen:

1. Laura heeft haar huiswerk toch gemaakt. Wat is het gezegde?
antwoord (optioneel): heeft gemaakt;Heeft gemaakt;Gemaakt heeft;gemaakt heeft

2. Laura heeft haar huiswerk toch gemaakt. Wat is het onderwerp?
antwoord (optioneel): Laura;laura

3. Laura heeft haar huiswerk toch gemaakt. Wat is het lijdend voorwerp?
antwoord (optioneel): haar huiswerk;Haar huiswerk

4. Onze katten aten de brokjes. Wat is het gezegde?
antwoord (optioneel): aten;Aten

5. Onze katten aten de brokjes. Wat is het onderwerp?
antwoord (optioneel): onze katten;Onze katten

6. Onze katten aten de brokjes. Wat is het lijdend voorwerp?
antwoord (optioneel): de brokjes;De brokjes

7. Jullie winkel verkocht een klein schilderij in het weekend. Wat is het lijdend voorwerp?
antwoord (optioneel): een klein schilderij;Een klein schilderij

8. Jullie winkel verkocht een klein schilderij in het weekend. Wat is een bepaling in deze zin?
antwoord (optioneel): in het weekend;In het weekend

9. De boer kalmeerde gisteren het paard. Wat is het onderwerp?
antwoord (optioneel): de boer;De boer

10. De boer kalmeerde gisteren het paard. Wat is het gezegde?
antwoord (optioneel): kalmeerde;Kalmeerde

11. Onze auto kreeg een lekke band op de snelweg. Wat is het gezegde?
antwoord (optioneel): kreeg;Kreeg

12. Onze auto kreeg een lekke band op de snelweg. Wat is de bepaling in deze zin?
antwoord (optioneel): op de snelweg;Op de snelweg

13. Voor elke dag heeft Rosa de juiste medicijnen ontvangen. Wat is het hulpwerkwoord?
antwoord (optioneel): heeft;Heeft

14. Elke dag hebben de chauffeurs hun wagens gewassen. Wat is het zelfstandig werkwoord?
antwoord (optioneel): gewassen;Gewassen

15. Vanmiddag heeft jouw vriendin Thies een cadeau gegeven. Wat is het hulpwerkwoord?
antwoord (optioneel): heeft;Heeft

---

Speel een proefles met deze les!