woordenschat les 1 en 2
Vragen:
1. Wat is een koolrabi? A een soort schip B een groente C een synoniem van systeem.antwoord (optioneel): B ; b
2. Wat is een trivale dag? A een alledaagse dag B een rustdag C een speciale dag
antwoord (optioneel): A;a
3. Wat is een schuilkelder? A een ondergrondse plek waar mensen wegduiken B een ondergrondse plek waar mensen in tijden van oorlog hun eten en drinken vandaan halen. C een plek om te werken tijdens tijden van oorlog
antwoord (optioneel): a
4. Wat is een synoniem van tuitelig? A iets wat uit de Middeleeuwen komt B onecht C onzeker
antwoord (optioneel): C;c
5. Wat is een synoniem van bezoldiging? A salaris B chirurg C zandverstuiving
antwoord (optioneel): a
6. Wat is een synoniem van tevens? A eveneens B evenmin C evenwichtig
antwoord (optioneel): A;a
7. Wat hoort niet in het rijtje? uitgaven - betalen - sparen
antwoord (optioneel): sparen;c
8. Wat hoort niet in het rijtje? akkers - veehouderij - landbouw
antwoord (optioneel): veehouderij;b
9. Wat hoort niet in het rijtje? bedrijfsleven - havenarbeiders - geldzaken
antwoord (optioneel): havenarbeiders ; havenarbeider
10. Vul in kies uit : facultatief, imposant, van heinde en verre. 1. Vrijwilligerswerk doe je .... 2. Je kwam .... 3. De show was erg ....
antwoord (optioneel): 1. facultatief 2. van heinde en verre 3. imposant
11. Vul in kies uit : een huismus zijn, ergens arm aan zijn, tekort. Vervoeg ze goed. 1. Jij hebt geen lijm, dus je .... lijm. 2. Jij bent graag thuis, dus je ... echt .... 3. In Kenia is er een groot ... aan voedsel.
antwoord (optioneel): 1. ergens arm aan zijn 2. een huismus zijn 3. tekort;1ergens arm aaan zijn 2huismus 3 tekort
12. Vul in kies uit : inkomsten, vergoeden, verbouwen. 1. Een antoniem van uitgaven is .... 2. Andijvie ... is een erg leuke bezigheid. 3. De verzekering wil de schade ....
antwoord (optioneel): 1. inkomsten 2. verbouwen 3. vergoeden;1 inkomsten 2verbouwen3vergoeden
13. Waar staat de afkorting z.s.m. voor? A zo spoedig mogelijk B zo sloom mogelijk C zijn slimme methode
antwoord (optioneel): A;a
14. Welk woord is geen betekenis is van gieren? A fluiten B bemesten C kruiden
antwoord (optioneel): c
15. Wat is prullaria? A cadeautjes B kleinigheden C een soort kippenhok
antwoord (optioneel): B;b
16. Wat zijn geen kenmerk van koolrabi? Er zijn twee antwoorden goed. A groen van buiten B groen van binnen C wit van buiten D wit van binnen
antwoord (optioneel): B en C;bc
