Werkwoordspelling (2021-05-28)
Groep: Groep 7/8
Vakgebied: Werkwoordspelling
Labels: werkwoorden
Datum: 03-06-'21
< Terug naar overzicht
Vakgebied: Werkwoordspelling
Labels: werkwoorden
Datum: 03-06-'21
< Terug naar overzicht
Vragen:
1. (denken) Jij _____________ altijd goed na.antwoord (optioneel): denkt
2. (reizen) _____________ jij veel met de bus?
antwoord (optioneel): reis; Reis
3. (bedoelen) _____________ jij de buurjongen?
antwoord (optioneel): bedoel; Bedoel
4. (vergeten) Mijn ouders _____________ toen de deur af te sluiten.
antwoord (optioneel): vergaten
5. (scheren) Ik _____________ het schaap kaal.
antwoord (optioneel): scheer
6. (verbazen) Sophie _____________ zich over het genomen besluit.
antwoord (optioneel): verbaast
7. (gooien) Dirk _____________ zijn afval in de prullenbak.
antwoord (optioneel): gooit
8. (houden) Alle kinderen uit onze groep _____________ van appels.
antwoord (optioneel): houden
9. (planten) Vorige week _____________ ik een appelboom
antwoord (optioneel): plantte
10. (doen) Waarom _____________ hij zo onaardig?
antwoord (optioneel): doet
11. (werpen) Morgen _____________ ik de bal door de basket.
antwoord (optioneel): werp
12. (roepen) Daan had nog nooit zo hard _____________.
antwoord (optioneel): geroepen
13. (fluisteren) De meisjes _____________ over hun geheimen.
antwoord (optioneel): fluisteren
14. (geven) Jij _____________ de leukste cadeaus.
antwoord (optioneel): geeft
15. (verven) De schilder verliet het _____________ huis.
antwoord (optioneel): geverfde
16. (kunnen) _____________ u de suiker aangeven?
antwoord (optioneel): kunt; Kunt
17. (moeten) Mijn vader _____________ volgende week op zakenreis.
antwoord (optioneel): moet
18. (spelen) Jullie _____________ vroeger veel langer met de blokken.
antwoord (optioneel): speelden
19. (hangen) Morgen _____________ ik voor het eerst in de touwen bij de gym.
antwoord (optioneel): hang
20. (moeten) Gisteren _____________ jij een cadeautje voor zijn verjaardag kopen.
antwoord (optioneel): moest