HomeLes volgenGelijk testen!LessenbibliotheekInloggenContact

Taal thema 4 woordenschat


Groep: Groep 3/4
Vakgebied: Taal
Labels: Taal op Maat thema 4 woordenschat
Datum: 09-01-'21

< Terug naar overzicht

Vragen:

1. Een ... neemt op het werk de telefoon op. (assistent / telefonist / verpleegster)
antwoord (optioneel): telefonist

2. Een ... helpt de dokter en verzorgt zieke mensen in een ziekenhuis. (assistent / telefonist / verpleegster)
antwoord (optioneel): verpleegster

3. Een ... helpt bij je werk. (assistent / telefonist / verpleegster)
antwoord (optioneel): assistent

4. Een ander woord voor de juf of meester op school is ...
antwoord (optioneel): leerkracht

5. Een ... bestuurt een vliegtuig. (chauffeur / directeur / piloot)
antwoord (optioneel): piloot

6. Een ... bestuurt een auto of bus. (piloot / chauffeur / directeur)
antwoord (optioneel): chauffeur

7. Een ... is de baas van een bedrijf of een school. (chauffeur / directeur / piloot)
antwoord (optioneel): directeur

8. Een ander woord voor `vaak` is ... (regelmatig / beslist)
antwoord (optioneel): regelmatig

9. ... = iets wat je zeker weet. (Regelmatig / Beslist)
antwoord (optioneel): Beslist

10. Een ... is een gebouw waar mensen werken. (kantoor / kassa / etalage)
antwoord (optioneel): kantoor

11. Een ... is de plek in de winkel waar je moet betalen. (kantoor / kassa / etalage)
antwoord (optioneel): kassa

12. Een ... is een ruimte achter het winkelraam waar je kunt zien wat ze verkopen. (kantoor / kassa / etalage)
antwoord (optioneel): etalage

13. Het geld dat iemand krijgt voor het werk dat hij doet is het ... (beroep / bedrag / salaris)
antwoord (optioneel): salaris

14. Het werk dat iemand doet is het ... (beroep / bedrag / salaris)
antwoord (optioneel): beroep

15. Hoeveel geld het is, noemen we het ... (salaris / bedrag / beroep)
antwoord (optioneel): bedrag

16. Een ... werkt in een winkel en verkoopt dingen. (uniform / vakkenvuller / verkoopster)
antwoord (optioneel): verkoopster

17. Kleding die je draagt als je werkt en die er altijd hetzelfde uitziet noemen we een ... (verkoopster / uniform / vakkenvuller)
antwoord (optioneel): uniform

18. Een ... zet in een supermarkt de spullen op zijn plaats. (uniform / vakkenvuller / verkoopster)
antwoord (optioneel): vakkenvuller



Speel een proefles met deze les!


Een moment geduld...
Als respons van de website uit blijft,
neem dan contact met ons op.

Contact Sluiten