Staal taal, thema geld

Groep: Groep 5/6
Vakgebied: Taal
Labels: Staal Taal thema geld
Datum: 09-02-'22
< Terug naar overzicht
Vakgebied: Taal
Labels: Staal Taal thema geld
Datum: 09-02-'22
< Terug naar overzicht
Vragen:
1. Het geldbedrag dat op je bankrekening staatantwoord (optioneel): het saldo;saldo
2. Een briefje van 5, 10, 20 of meer euro
antwoord (optioneel): het bankbiljet;bankbiljet
3. Een soort toonbank, bijvoorbeeld in een bank of een hotel
antwoord (optioneel): de balie;balie
4. Het loon, het geld dat je verdiend met het werk dat je doet
antwoord (optioneel): het salaris;salaris
5. Een soort spaarpot bij de bank, je spaart geld op die rekening
antwoord (optioneel): een spaarrekening;spaarrekening;de spaarrekening
6. Een geheim getal van meestal 4 cijfers dat alleen jij weet, het getal hoort bij je pinpas
antwoord (optioneel): de pincode;pincode
7. Als je met munten of bankbiljetten betaalt dan betaal je.....
antwoord (optioneel): contant;kontant;het contant
8. Een rekening bij de bank, je kunt er geld opzetten of afhalen
antwoord (optioneel): de bankrekening;bankrekening
9. De bank opdracht geven om geld van jouw rekening op de rekening van iemand anders te zetten
antwoord (optioneel): overmaken;geld overmaken
10. De man of vrouw die achter de balie werkt
antwoord (optioneel): de baliemedewerker;de baliemedewerkster;baliemedewerker
11. Als je zonder geld zit ben je...
antwoord (optioneel): blut
12. Als iemand heel gierig en en zuinig is dan is hij...
antwoord (optioneel): krenterig;een krent
13. Een bedrag dat bedoeld is om ergens aan uit te geven
antwoord (optioneel): een budget;budget;butget;het budget
14. Minder geld uitgeven noem je ook wel
antwoord (optioneel): bezuinigen
15. Genoeg geld hebben om van te leven
antwoord (optioneel): rondkomen;rond komen
16. Iemand die erg gul is en makkelijk iets weggeeft is
antwoord (optioneel): vrijgevig;vrij gevig
17. Iemand die liever niks weggeeft en alles zelf wil houden is
antwoord (optioneel): gierig;krent
18. Als iemand een hand op de knip houd is hij/zij
antwoord (optioneel): zuinig
19. Als je een deel van je geld spaart dan noem je dit
antwoord (optioneel): opzijleggen;opzij leggen
20. Als je met je geld smijt geef je dan veel of weinig geld uit?
antwoord (optioneel): veel;veel geld