Spellingbattle #6

Vragen:
1. Doen: Amira ... haar best op het schilderij.antwoord (optioneel): deed
2. Pompen: De brandweer ... gisteren het water uit de kelder.
antwoord (optioneel): pompte
3. Proeven: Je ... de knoflook heel goed in dat gerecht.
antwoord (optioneel): proefde
5. Verven: Jullie ... de zelfgemaakte kastjes in een mooie kleur.
antwoord (optioneel): verfden
6. Broeden: Vorig jaar ... er koolmeesjes in beide nestkastjes.
antwoord (optioneel): broedden;droedden
7. Schroeven: Maarten ... zijn bureau zelf in elkaar.
antwoord (optioneel): schroefde
8. Rijden: ... de buurman gisteren in een andere auto?
antwoord (optioneel): Reed;Reed2;reed
9. Vermoeden: Mijn oom ... dat het schilderij veel geld waard was.
antwoord (optioneel): vermoedde
10. Blozen: Wij ... toen we voor de klas moesten komen.
antwoord (optioneel): bloosden
11. Troosten: Hasan ... zijn verdrietige zusje.
antwoord (optioneel): troostte