Spelling werkwoorden - 14

Groep: Groep 7/8
Vakgebied: Werkwoordspelling
Auteur: Annieke Teunissen van Manen
Datum: 22-06-'22

< Terug naar overzicht

Vragen:

1. De jongen ... (schelden, t.t.) af en toe.
antwoord (optioneel): scheldt

2. Ik ... (wachten, v.t.) wel twee uur op de bus.
antwoord (optioneel): wachtte

3. De man ... (streven, v.t.) ernaar om alles zo goed mogelijk te doen.
antwoord (optioneel): streefde

4. De man ... (bieden, t.t.) de vrouw een bos bloemen aan.
antwoord (optioneel): biedt

5. De vrouw ... (antwoorden, v.t.) snel op de vraag.
antwoord (optioneel): antwoordde

6. De kinderen ... (spelen, v.t.) op het plein.
antwoord (optioneel): speelden

7. De man ... (binden, t.t.) de strik om het cadeau.
antwoord (optioneel): bindt

8. Mijn oma ... (braden, v.t.) het vlees in de pan.
antwoord (optioneel): braadde

9. Op het kruispunt ... (scheiden, v.t.) de weg.
antwoord (optioneel): scheidde

10. Ik ... (bukken, v.t.) om het papier te pakken.
antwoord (optioneel): bukte

Speel een proefles met deze les!