Spelling week 4-2

Vragen:
1. Hij kijkt veel in de spiegel; het is een echte..........antwoord (optioneel): ijdeltuit
2. 1000 meter is een.....
antwoord (optioneel): kilometer
4. Als iemand niest zeggen we vaak:........
antwoord (optioneel): Gezondheid; gezondheid
5. 1 meter is 100.....
antwoord (optioneel): centimeter
6. Doe voorzichtig! Let op je v....
antwoord (optioneel): veiligheid
7. Het tegenovergestelde van minderheid is....
antwoord (optioneel): meerderheid
8. Boven je ogen zitten je.....
antwoord (optioneel): wenkbrauwen
9. Als je een beetje koorts hebt noemen we dat ver......
antwoord (optioneel): verhoging
10. We gingen uit eten in een ...........
antwoord (optioneel): restaurant
11. Ze kregen van het publiek een groot
antwoord (optioneel): applaus
12. Sommige mensen met Corona zijn heel....
antwoord (optioneel): benauwd
13. Brood wordt gemaakt in een b...
antwoord (optioneel): bakkerij
14. Als je een bord laat vallen heb je allemaal....
antwoord (optioneel): scherven
15. Als je iets op je telefoon of computer wilt veranderen dan moet je vaak klikken op in.........
antwoord (optioneel): instellingen
16. 100 millimeter is een ....
antwoord (optioneel): centimeter