Spelling herhalingsles

Vragen:
1. Welk dier is groot, grijs en heeft een slurf? (Let op het lidwoord!)antwoord (optioneel): de olifant; een olifant;een Olifant;De olifant
2. Welk beroep heeft iemand die de ruimte in gaat? (Let op het lidwoord!)
antwoord (optioneel): een astronaut; de astronaut;de astronaut;De Astronaut
3. Welk geluid maakt een kat?
antwoord (optioneel): miauw;mauwen;mauw
4. Bij welke sport draag je handschoenen en vecht je in `de ring`?
antwoord (optioneel): boksen; kickboksen;Boksen;kickboksen
5. Hoe noem je het als je niet hard mag praten, maar wel heel zachtjes?
antwoord (optioneel): fluisteren
6. Hoe noem je de baas van een school (mannelijk)? (Let op het lidwoord!)
antwoord (optioneel): de directeur; een directeur;Een directeur
7. Op welke plek kun je boeken lenen? (Let op het lidwoord!)
antwoord (optioneel): de bibliotheek; een bibliotheek
8. Wat is het verkleinwoord van het woord `kilo`?
antwoord (optioneel): kilootje