Spelling 4.1.3

Groep: Groep 7/8
Vakgebied: Spelling
Labels: spelling staal blok 4 week 1 les 3
Datum: 08-01-'21

< Terug naar overzicht

Vragen:

1. De actievoerder riep zijn twee vrienden. Noem het EERSTE ZELFSTANDIG NAAMWOORD uit deze zin?
antwoord (optioneel): actievoerder

2. `Onze papieren stembiljetten zijn vervalst,` zei de ander. Noem het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord.
antwoord (optioneel): papieren

3. `Meneer, waarom protesteren jullie?` vroeg de geïnteresseerde journalist. Noem het bijvoeglijk naamwoord.
antwoord (optioneel): geïnteresseerde;geintreresseerde;geinteresseerde;geïnterreseerde

4. `We protesteren, omdat we van de verkiezingsuitslag zijn geschrokken,` zei de ene vriend. Welk woord is het VOORZETSEL?
antwoord (optioneel): Van;van

5. De actievoerder riep zijn twee vrienden en samen vertelden ze de reden. Noem het TELWOORD.
antwoord (optioneel): twee

6. Typ het woord op wat de juf zegt.
antwoord (optioneel): de vakantie

7. `We protesteren, omdat we van de verkiezingsuitslag zijn geschrokken,` zei de ene vriend. Welk woord is het VOEGWOORD?
antwoord (optioneel): omdat

8. Ik zie de boom. Wat is het LIJDEND VOORWERP?
antwoord (optioneel): Wat zie ik? DE BOOM

9. Miriam leest een boek. Wat is het LIJDEND VOORWERP?
antwoord (optioneel): Wat leest Miriam? EEN BOEK

10. De actievoerder riep zijn twee vrienden. Wat is het LIJDEND VOORWERP?
antwoord (optioneel): We riep de actievoerder? ZIJN TWEE VRIENDEN

11. Samen vertelden ze de reden. Wat is het LIJDEND VOORWERP?
antwoord (optioneel): Wat vertelden ze? DE REDEN

12. Typ het woord dat de juf zegt.
antwoord (optioneel): de bagage

13. Typ het woord dat de juf zegt.
antwoord (optioneel): de bikini`s

14. Typ het woord dat de juf zegt.
antwoord (optioneel): tropisch

15. Typ het woord dat de juf zegt.
antwoord (optioneel): officiële

16. Luister naar de zin. Schrijf de PERSOONSVORM goed op.
antwoord (optioneel): land

Speel een proefles met deze les!