onthoudwoorden d/t en g/ch

---

---

Vragen:

1. De toren is heel hoo... (g of ch?)
antwoord (optioneel): g;hoog

2. De soldaart draagt een schil... (d of t?)
antwoord (optioneel): d

3. De school begint al vroe... op de dag. (g of ch?)
antwoord (optioneel): g

4. De test was goe... gegaan! (d of t?)
antwoord (optioneel): d

5. Het kussen is erg zach... ( d of t?)
antwoord (optioneel): t

6. Heb jij nog veel gel... (d of t?)
antwoord (optioneel): d

7. Ik maak een kasteel in het zan... (d of t?)
antwoord (optioneel): d

8. Ik la... (g of ch?)
antwoord (optioneel): ch

9. De lift gaat omhoo... (g of ch?)
antwoord (optioneel): g

10. Er was nieman... (d of t?)
antwoord (optioneel): d

11. De vrouw had pijn aan haar har... (d of t?)
antwoord (optioneel): t

12. Wat doe jij dit weeken... ? (d of t?)
antwoord (optioneel): d;weekend

13. Ik heb genoe... gegeten
antwoord (optioneel): g

14. Kom teru... (g of ch?)
antwoord (optioneel): g

15. Wat ga jij doen vandaa... (g of ch?)
antwoord (optioneel): g

16. Ik zie je graa... (g of ch?)
antwoord (optioneel): g

17. Mag ik no... (g of ch?) een snoepje?
antwoord (optioneel): g

---

Speel een proefles met deze les!