Je of jij achter de persoonsvorm

Vragen:
1. Je (raden) het niet.antwoord (optioneel): raadt
2. (lopen) je mee?
antwoord (optioneel): Loop
3. Jij (lopen) naar de bakker.
antwoord (optioneel): loopt
4. (lopen) je hond over straat?
antwoord (optioneel): Loopt
5. (worden) je misselijk?
antwoord (optioneel): Word
6. (worden) je vader misselijk?
antwoord (optioneel): Wordt
7. (vinden) je tante dat een mooi liedje?
antwoord (optioneel): Vindt
8. (rijden) je een eindje mee?
antwoord (optioneel): Rijd
9. Wat (lijken) je op je zelfportret!
antwoord (optioneel): lijk
10. Morgen (fietsen) je met mij mee naar school.
antwoord (optioneel): fiets